Martin Stevens en Peter Modderman namen gisteravond deel aan aan de 10 km in Dalfsen. Hun tijden 43.59 min. (44e) respectievelijk 48.20 min. (104e). Voor meer informatie zie de uitslagenpagina, klik hier voor de foto's.
Broeien in Dalfsen door Peter Modderman
Wat doe je als het 30 graden – of misschien nog wel meer - is? Als het, zoals vrijwel altijd in Nederland bij zulke temperaturen, benauwd en drukkend is? Als alles klam aanvoelt? Als je je hemd kunt uitwringen, terwijl je je nog vrijwel niet hebt ingespannen? Juist, dan ga je meedoen aan de halve marathon van Dalfsen! Of aan de ruim 20 kilometers van Jemgum!
Ondanks de hitte was ik tot vlak voor de wedstrijd inderdaad van plan om de halve marathon van Dalfsen te voltooien, maar schoonzoon Martin en zijn collega’s besloten unaniem om slechts één ronde van 10 kilometer te lopen in het fraaie Vechtdal vlak bij Zwolle. En wát was ik daar achteraf blij om.....
Een weekeinde kind-en-kleinkind bezoek in Zwolle wordt zoals gewoonlijk gecombineerd met een loopje in de buurt. Deze keer stond Dalfsen op het programma. Een loop, waaraan ik prettige herinneringen bewaar. De halve marathon van Dalfsen wordt traditiegetrouw een week na Lauwersoog-Ulrum georganiseerd en is bekend om zijn speaker. En om zijn schitterende parcours. Spraakwaterval Henk Borgmeijer, woonachtig in Dalfsen kennen de lopers uit een drietal jaren Lauwersoog-Ulrum. En inmiddels is deze speaker ook bij de inwoners van Ulrum berucht. Het parcours van de halve marathon van Dalfsen strekt zich uit over een achtvormig route door en in de omgeving van dit dorp aan de Vecht. Een parcours westwaarts over de Zuidelijke dijk met schitterende uitzichten over de rivier, de passage van de stuw over de Vecht en de terugtocht naar Dalfsen over beboomde lanen.
Dat de Dalfsense halve marathon erg in trek is, bleek uit de opkomst van de deelnemers. Staande in het professioneel ingerichte startvak schatte ik dat op de 10 en 21,1 km zo’n kleine 700 deelnemers op het startschot stonden te wachten. Toen dat klonk, vertrok de meute en liep in een lang lint door het dorp, waarbij ook de warenmarkt werd aangedaan. Een koopman prees daarbij zijn gebakken vis aan, waarop een loper de koopman antwoordde dat hij geen geld bij zich had. Anders had hij er nog wel even eentje gekocht......(die lúcht!) Op de brug over de Vecht was het gehijg niet van de lucht en het was me daar, na ruim een kilometer, meteen duidelijk dat de lopers een zware tocht tegemoet zouden gaan. Ik kan dat weten, want ik was een van die hijgers. Het gele hemd van Martin liep zo’n 50 meter voor me. Ik besloot om me niet lange te fixeren op dat gele hemd, maar om toch ook nog wat oog te hebben voor de fraaie omgeving. Met behulp van mijn meegedragen camera kon ik de moeite opbrengen om af en toe stil te staan en foto’s te maken. Vooral de dijk en de stuw waren plaatjes.
Niettemin smachtte ik na enkele kilometer naar water. Dat liet echter wel wat lang op zich wachten. De lopers passeerden pas na 5 ½ kilometer de eerste waterpost, terwijl met het extreem warme weer een extra post op bijvoorbeeld drie kilometer op zijn plaats was geweest. Maar water en sponzen waren op de verzorgingspost ruimschoots aanwezig. Ik bleef stil staan, gooide een bekertje in m’n keel (nee, niet het plastic, alleen het water), gooide een bekertje over me heen (althans water over me heen, bekertje in de berm) en kneep ook nog enkele sponzen op m’n hoofd uit. Het veroorzaakte een hapering in mijn ademhaling. Je kent het wel, alsof je opeens onder een koude douche komt te staan. Met een lichamelijke en psychische versterking ging ik daarna verder, de lopers achterna die niet de moeite namen om stil te blijven staan. Een kilometer later had ik ze weer ingehaald.
Inmiddels waren we weer op de terugweg naar Dalfsen. Er naderde nog een extreem hete bosrand. Daar had ik het gevoel dat mijn hoofd explodeerde. Gelukkig voor mijn medelopers gebeurde dat niet. Met nog een kilometer te gaan, liepen we het dorp in. Twee dingen die daar opvielen. Allereerst konden de lopers flinke stukken van het parcours afsnijden, omdat de bermen niet waren afgebakend. Ten tweede stond er een grote groep enthousiaste toeschouwers in de bocht, die af en toe mompelend hun afkeuring toonden over het afsnijdgedrag van enkele lopers. Uiteraard bleef ik keurig op het asfalt lopen, maar toen de lopers voor me in een van de laatste bochten stuk voor stuk het gras prefereerden voor het asfalt, was ik geen heilig boontje en volgde de tred van mijn voorgangers. Inmiddels konden we ook niet meer om het verbale geweld van speaker Henk Borgmeijer heen. Gelukkig kon ik me weerhouden om naar de finish te sprinten. Nu kon ik Henk Borgmeijer nog een beetje fatsoenlijk te woord staan, toen hij me direct na de finish de microfoon onder de neus hield en me vroeg of het in Ulrum, tijdens de halve marathon, ook erg stil was geweest.
Martin was goed bezig geweest en kon nog net een seconde onder de 44 minuten blijven. Ik kwam ruim 4 minuten later binnen, kort gevolgd door twee van Martin zijn collega’s. We maakten ons op voor de aftocht via een verstrekker van Aquarius sportdrank, een verstrekker van C1000 tasjes met inhoud en een dame die ons in de sporthal een medaille overhandigde na inlevering van het startnummer. Hoe bekend allemaal!
Ook deze editie van deze Dalfsense loop heeft een goede indruk op me achtergelaten. Vooral het parcours is erg fraai. Ik was zeker niet jaloers op de lopers die na de eerste passage van Henk Borgmeijer nog elf kilometer voor de boeg hadden. Maar ook zij zullen ongetwijfeld als helden zijn onthaald.
Peter Modderman