radar.gifDe Bosloop van Bedum kent een lange traditie. Wat heb ik daar al tal van (hardloop)voetstappen staan. De bosloop was vroeger een echte cross. Maar zo hevig als in 2001 – in het laatste jaar dat de loop deel uitmaakte van het Geové-loopcircuit - is ie nooit meer geweest. Toen ploegden de mannen en vrouwen zich door de bagger, soms met achterlating van een schoen. Het was tevens het einde van de bosloop, maar enkele jaren later is de loop door de organisatie – de loopgroep Bedum - weer in ere hersteld. Wel met een ander, gemakkelijker parcours, want de onverharde paden werden vrijwel allemaal semi-verhard. (Het volledige radarbeeld staat onderaan dit verslag.)

Het nieuwe parcours had ik 1 keer gelopen. Het had een goede indruk op me achtergelaten. Dus was ik anno 2007 van plan om me tussen het geweld van de boslopers te wagen. Ook mijn regiogenoten Harm Jan Postmus en Marko Huizing hadden bosloopideeën. Harm Jan, om er een soort training af te werken en Marko om, na het echec van Loppersum, weer eens te excelleren op een loop van 10 kilometer.
Zelfs Peter de Vries was naar Bedum afgereisd om daar een 1e plaats bij de mannen 50+ af te dwingen. Opmerkelijk, want vijf dagen later zou hij hetzelfde proberen te doen in Praag, tijdens de Praha-marathon. De hardloopwetten schrijven echter voor dat je binnen een week voorafgaande aan een marathon geen inspannende (hardloop)bezigheid meer moet doen. Afbouwen is dan het motto, in plaats van een climax opbouwen. Maar dat soort wetten is niet voor Peter geschreven. Hij voelt zich nu – gehuld in stretchkousen – beter als ooit tevoren en voorziet geen blessures. Een tijd van 3.02 is zijn doel in Praag. De duidelijk in vorm geraakte de Vries moet tot zulks in staat zijn, vooral nu de Bosloop werd afgelast.

Afgelast? Jazeker, het rommelde al een tijdje boven de hoofden van de organisatoren, die zich hadden uitgeleefd om het parcours uit te zetten, te bouwen en te bewaken. En het gerommel was niet afkomstig van applaudisserende deelnemers of tromgeroffel van muziekbandjes langs het parcours. Nee, Donar en Pluvius kwamen langs en zetten de boel flink op stelten. Dreigende luchten kondigden zo’n uur voorafgaande aan de loop aan dat de lopers het niet droog zouden houden. En zo geschiedde. Op weg naar Bedum even na Onderdendam zag ik, zittende in de auto van Harm Jan, al een bliksemschicht eindigen in een stuk weiland tussen Winsum en Bedum. En toen ook even later de lucht tot in Bedum doordrong, wisten we het zeker. We zouden niet zeker zijn van deelname aan de Bosloop, hetzij door eigen besluit om toch maar niet te gaan (Klazien Korhorn, Janet Bolhuis en Hilda Broekhuizen besloten, na een tijdje de ontluistering en de twijfels te hebben aangezien, om weer naar huis te gaan), dan wel door een “NJET”-beslissing van de organisatie.

Het werd een “NJET” van de organisatie. En dat terwijl Marko, Harm Jan en ik even daarvoor al hadden besloten om maar wel aan het loopfestijn mee te doen. We zaten zo lang mogelijk in de auto en kropen pas een kwartier voor tijd met opgespeld startnummer uit onze schulp om naar het startgebied te vliegen. Onderweg ontmoetten we een paar lopers die ons koel en zakelijk vertelden dat de loop was afgelast.
Op dat moment verwonderden we ons daarover niet. Even eerder, bij de gymzaal, had een loper in het rood, turend naar de lucht, verheugd verkondigd dat lucht brak. Zijn woorden waren nog niet verstomd, toen de donder hartgrondig boven Bedum knetterde. “Ja, ik hoor het”, zei zijn clubgenoot.
Op verschillende gezichten was toch een zekere mate van angst te lezen.
En met het gedonder en gelazer zo’n kwartier voor tijd, durfde de organisatie de mensen niet het bos in te sturen. Overigens ook op de vlakte en op de bult aan de Waldadrift zou het gevaarlijk zijn.

Voor het besluit om de wedstrijd af te gelasten kon je begrip opbrengen. Maar er waren diverse lopers, die liever hadden gehad dat de organisatie nog even had gewacht en de start had uitgesteld. Zowel op internet (buienradar) als aan de brekende lucht was te zien, dat de bui binnen afzienbare tijd zou zijn verdwenen.
Marko, Harm Jan en ik hebben dat tussen Bedum en Onderdendam kunnen ervaren. Harm Jan parkeerde tussen kwart voor acht en acht uur zijn nieuwe bolide op de Stadsweg, waarna wij het parcours van de Scheepsjoagloop in tegengestelde richting liepen. Met prachtige vergezichten, een blauwe lucht rechts van ons, een vriendelijke lucht met wolken in het westen en een wegtrekkende donkere lucht in het oosten, compleet met regenboog.

Onze tijd? Met een rondtrekkende beweging in Onderdendam (langs het water), dus even iets meer dan 10 kilometer, kwamen we uit op 48 minuten, zo’n tempo twaalf dus. Een mooi alternatief voor de weggevallen Bedumer Bosloop.

Daarmee mag dan een stukje kater zijn weggespoeld, feit blijft echter dat hierbij alleen maar verliezers zijn. De organisatie zit met een geweldige kater, zowel uit organisatorisch als uit financieel oogpunt. Organisatorisch omdat, volgens mijn collega Janny Stollenga, heel veel Loopgroep Bedum-leden zich een naad uit hun hemd hebben gewerkt en koude voeten hebben opgelopen. Financieel, omdat nu veel lopers hun bijdrage terugeisten, waardoor er een financieel verlies is ontstaan. En de lopers zijn verliezers omdat ze voor niets naar Bedum waren gekomen.
Ik wens de loopgroep Bedum veel sterkte toe bij de verwerking van deze enorme teleurstelling.

Peter Modderman

RADAR BEELD: 8 radar.gifmei 2007 19.20 uur